Aris Leeuwarden na zondagsschoten langs Rotterdam
Aris Leeuwarden speelde zondagmiddag voor redelijk gevulde tribunes tegen Forward Lease Rotterdam en won met 74-73.
De volledige selectie van Aris heeft afgelopen week eindelijk blessurevrij- en verlost van alle ziektekiemen kunnen trainen. Alleen coach Klaas Stoppels was het slachtoffer en moest een paar trainingen wegens een plots opgekomen griepje aan zijn assistent Nanne Klompstra overlaten.
Tegen Rotterdam was het voor de Leeuwarder basketballers zondagmiddag de vijfde competitiewedstrijd van het seizoen. Na drie nederlagen tegen ‘de top drie’ uit de competitie en winst tegen het nog puntloze BSW Weert, stond het team van Aris coach Klaas Stoppels op de zesde plaats. In de race om plaats vier, met thuisvoordeel bij play-off wedstrijden, zette Aris Leeuwarden zondagmiddag een eerste en belangrijke stap door met 74-73 van Rotterdam te winnen.
Denton Koon opende voor Aris de wedstrijd met bommetje van afstand. Nauwelijks onder de indruk pakte La’Shard Anderson de Rotterdammers bij de hand en zette onder zijn leiding een 6-12 voorsprong op het bord. In de eerste tien minuten waren het vooral Craig O. en de Canadees Meshack Lufile die Aris op de been hielden. Lufile, die voor Aris een sterke wedstrijd speelde met 14 punten en 10 rebounds, zette 19-18 op het bord. Na een drietje van Anthlon Bell stond er na een onderhoudend gespeeld eerste kwart een kleine voorsprong (19-21) voor Rotterdam op het scorebord.
De Leeuwarders begonnen slapjes aan het tweede kwart. Na een drietje van Ties Theeuwkens greep Aris coach Klaas Stoppels al na twee minuten in. Dat rust moment had met name Jordan Gregory even nodig om daarna met twee rake vrije worpen en een afstandsbom zijn team nieuwe impulsen te geven. Lufile en de in het veld gekomen Leroy Peterson (3) schoten de Leeuwarders naar een 33-30 voorsprong. Schutter George Marshall zette met zijn eerste en enige afstandsbom de thuisploeg bij rust op een kleinst mogelijke voorsprong: 38-37.
Klaas Stoppels: “Verdedigend hadden wij het zeker in het begin lastig. Bell (red. Anthlon) had George (red. Marshall) fantastisch in de tang en alleen Anderson kwam een paar keer goed door in het eerste kwart en hebben wat dingen aangepast. Verdedigend zijn er nog wel een paar verbeterpunten”.
De tweede helft werd het een echte wedstrijd. Stoppels: “Ja, dat was bijna een echte play-off wedstrijd, intensiteit en domme fouten met geweldige dunks. Een heerlijke wedstrijd”. Beide teams hingen het derde kwart als aan een touwtje aan elkaar waarbij het verschil aan beide zijden nooit groter werd dan vier punten. Nadat de kruiddampen waren opgetrokken stond er een stand van 51-53 op het bord.
En het werd nagelbijten tot de laatste seconde. Craig O. ijzersterk met 11 punten en 16 rebounds, zette met vier punten op rij Aris weer naast Rotterdam. Nadat George Marshall met drie benutte vrije worpen het netje ook weer begon te vinden, beukten de schutters van Aris Leeuwarden er van afstand lustig op los. Jordan Gregory opende voor Aris het driepuntenbal, aangevuld met twee van Marshall. Anderson en Theeuwkens (3) haakten koelbloedig aan en met nog twee minuten te gaan was alles met 71-71 weer in evenwicht. Jordan Gregory heeft de kwaliteiten van een top-schutter en nam de verantwoordelijkheid voor het slotakkoord naar de 74-73 winst. Een slechte pas van Craig O. zorgde ervoor dat Rotterdam nog een laatste mogelijkheid kreeg om te scoren. Maar met zijn laatste rebound (zijn elfde DR van de wedstrijd) herstelde C. O. zijn fout en bezorgde zijn team de krappe 74-73 winst.
In zijn ruim vier minuten speeltijd had Patrick Frimpong een niet onbelangrijke inbreng met zowel in de slotfase een aanvallende en een verdedigende rebound. Frimpong: “Ik denk dat wij echt als team aan het groeien zijn. Dat zie je nu ook en wij gaan volwassener spelen”. Over zijn rol binnen het team was Frimpong duidelijk: “Ik ben hier gekomen om keihard te trainen en om te rebounden en de rest van mijn team beter te laten spelen. Ik hoef niet elke wedstrijd 20 punten te maken. Als ik maar rebounds kan pakken en keihard kan gaan verdedigen dan heb ik mijn taken gedaan. Het vuile werk opknappen.”. Toch zijn er ook nog wel verbeterpunten. Frimpong: “Ik denk dat wij nog steeds niet hebben laten zien wat wij kunnen. We spelen nog niet constant genoeg en dat moeten wij beter doen”.